Zaak-Van Themsche
Vandaag start het assisenproces tegen Hans Van Themsche in Antwerpen. Van Themsche staat terecht op verdenking van moord en een poging tot moord die mogelijk geïnspireerd waren door racistische motieven. Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (Centrum) stelt zich burgerlijke partij en vraagt de garantie van een grondig onderzoek naar de mogelijk racistische motieven van Van Themsche.
Op donderdag 11 mei 2006 trok Hans Van Themsche gewapend door het Antwerpse stadscentrum. Hij lostte er drie schoten. Een eerste schot trof een 46-jarige Turkse vrouw. Zij overleefde de aanslag. Daarna richtte Van Themsche zich op een tweejarige peuter en haar Malinese au-pair. Beide slachtoffers overleden ter plaatse.
Na toestemming gevraagd te hebben aan een slachtoffer, stelt het Centrum zich burgerlijke partij in deze zaak-Van Themsche. De belangen van het Centrum zullen behartigd worden door raadslieden. Het Centrum zelf wenst de zaak discreet op te volgen met alle respect voor het leed van de slachtoffers en hun familie en neemt zich voor om zich gedurende dit assisenproces te onthouden van elke communicatie in de media. Om de context hiervan te nuanceren, volgt enkel nog onderstaande toelichting tot de uitspraak van dit proces gekend is. Na afloop van het proces zal het Centrum reageren.
Door zich in de zaak-Van Themsche burgerlijke partij te stellen, wil het Centrum de garantie verkrijgen dat de piste naar mogelijke racistische motieven voldoende grondig onderzocht wordt. “Het behoort tot onze wettelijke opdracht om slachtoffers van racisme bij te staan”, verduidelijkt directeur Jozef De Witte. “Al vrij snel was er sprake dat er mogelijk racistische motieven aan de basis lagen van deze feiten. Uit de eerste aanwijzingen en enkele getuigenissen blijkt dat van Themsche bewust slachtoffers van vreemde origine viseerde. Of dit ook werkelijk zo is, moet de jury beoordelen.”
In tegenstelling tot wat de laatste weken gesuggereerd werd, is het niet de eerste keer dat iemand beschuldigd wordt van gewelddaden die geïnspireerd zijn door racistische motieven. Racisme lag in het verleden onder meer al aan de basis van meerdere rechtzaken waarbij iemand het slachtoffer was van slagen en verwondingen. Maar in de zaak-Van Themsche staat voor het eerst in de Belgische rechtsgeschiedenis iemand terecht voor moord en poging tot moord met mogelijke racistische redenen. Indien zou blijken dat Van Themsches motieven racistisch waren, gelden er verzwarende omstandigheden. “Sinds 2003 legt de wet (artikel 405 quater*) een strafverzwaring op bij zogenaamde haatmisdrijven”, zegt De Witte. “Haatmisdrijven zijn immers niet alleen een aanslag op de waardigheid van het slachtoffer, maar kunnen ook anderen ertoe aanzetten in dat haatdiscours mee te stappen en gelijkaardige feiten te plegen.”
Haatmisdrijven zijn niet altijd racistisch geïnspireerd. De voorbije vijf jaren noteerde het Centrum meer dan dertig haatmisdrijven. “Ook geloofsovertuiging en seksuele geaardheid waren in deze gevallen de aanleiding van de vaak gewelddadige misdrijven. Maar in het merendeel van deze gevallen ging het om slachtoffers van racistisch geweld”, aldus De Witte. “Het Centrum wil erop toekijken dat in al deze gevallen de wet correct toegepast wordt. Vandaar dat het Centrum ook in deze zaak zoveel belang hecht aan een grondig onderzoek naar de juiste motieven van Van Themsche.”
* Art. 405 quater. In de gevallen bepaald in de artikelen 393 tot 405bis kan het minimum van de bij die artikelen bepaalde straffen worden verdubbeld in geval van correctionele straffen en met twee jaar verhoogd in geval van opsluiting, wanneer een van de drijfveren van de misdaad of het wanbedrijf bestaat in de haat tegen, het misprijzen van of de vijandigheid tegen een persoon wegens diens zogenaamd ras, zijn huidskleur, zijn afkomst, zijn nationale of etnische afstamming, zijn nationaliteit, zijn geslacht, zijn seksuele geaardheid, zijn burgerlijke staat, zijn geboorte, zijn leeftijd, zijn fortuin, zijn geloof of levensbeschouwing, zijn huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een handicap, zijn taal, zijn politieke overtuiging, een fysieke of genetische eigenschap of zijn sociale afkomst.
Vergelijkbare artikels
Moord op Mbaye Wade: haatmotieven bevestigd door hof van assisen
Tien jaar na de veroordeling van de moordenaars van Ihsane Jarfi heeft het hof van assisen in Luik de dader van de moord op Mbaye Wade in september 2020 veroordeeld, met de verzwarende omstandigheden van homofobie en racisme. Unia reageert opgelucht op dit vonnis.
Europese richtlijn om burgers beter te beschermen tegen discriminatie
Unia is zeer verheugd over de goedkeuring van de richtlijn over normen voor "organen voor gelijke behandeling" door de Raad van de Europese Unie op 7 mei, onder Belgisch voorzitterschap. Dit is een belangrijke richtlijn in de huidige politieke context, omdat ze normen vastlegt om de onafhankelijkheid van gelijkheidsorganen zoals Unia te garanderen, hen te voorzien van voldoende middelen en hun mandaat en bevoegdheden te versterken.
Onderzoek: ongelijkheden en raciale discriminatie in de gezondheidszorg
Unia lanceerde een studie over ongelijkheden en racisme die door patiënten worden ervaren in de gezondheidszorg in België. Ontdek meer informatie.
Dag tegen Racisme 2024: aandacht voor de arbeidsmarkt
Voor de internationale dag tegen racisme en discriminatie 2024 onthult Unia nieuwe cijfers over racisme. In 2023 openden we 670 dossiers over zogenaamde ‘raciale’ criteria. Bijna een derde daarvan speelt zich af op het arbeidsdomein. Unia pleit daarom voor een verplicht preventiebeleid voor discriminatie op het werk en een versterking van de arbeidsinspectie.